In 1921 ontdekte de endocrinoloog R. Woodyatt dat bij gebrek aan koolhydraten het lichaam vetten via de lever omzet in ketonen als energiebron.
De mayo kliniek hanteerde in de jaren dertig van vorige eeuw een ketogeen dieet voor mensen met epilepsie aanvallen. Het was Dr. R. Wilder van de mayo kliniek die de term ketogeen dieet lanceerde. Het was een dieet dat heel rijk aan vet, arm aan eiwitten en heel spaarzaam met koolhydraten is.
Dr. R. Atkins paste in de jaren 70 het ketogeen dieet toe in zijn talrijke boeken om te vermageren. Hij noemde zijn ketogeen dieet het Atkins dieet. Beter bekend van rijk aan vetten, arm aan koolhydraten en een portie eiwitten. Velen vielen er snel mee af.
Professor P. Huttenlocher introduceerde eind jaren 70 de term MCT. Medium chain triglycerides of in het Nederlands middellangeketenvetzuren. Deze vetzuren (MCT) konden gemakkelijk omgezet worden in ketonen. Waarbij zijn patiënten iets meer koolhydraten konden blijven eten en toch in ketose geraken en blijven.
Ketonen zijn energiebronnen die het lichaam en de hersenen kunnen benutten. Ketonen zelf zijn zuren met vet als natuurlijke bron.
Tip van een geregistreerde diëtist (Funky Fat Foods): “Het toevoegen van MCT aan uw dieet is een geweldige manier om uw energieniveau en uw ketoon niveau te verhogen terwijl u op gewicht blijft. Maar kwaliteit van de MCT’s zijn belangrijk! Kies zonder fout voor bio. Niet bio MCT is overdreven bewerkt. De bio versie is dat niet. Bij bio MCT’s komen geen chemicaliën aan te pas”